Doorgaan naar hoofdcontent

Posts

Posts uit april, 2020 tonen

DE MARABOES

Het zou er kunnen zijn, men had hem gewaarschuwd, maar in zijn slaperigheid lette hij niet op wie of wat zich in de duisternis bewoog. Hij was wakker geworden omdat hij moest pissen, maar stelde dat zo lang mogelijk uit. Had een tijdje liggen kijken naar het muggennet, die merkwaardige gevangenis van gaas die moest beschermen tegen malaria. Uiteindelijk was hij er maar onder vandaan gekropen en naar buiten gelopen. Het was nog donker, maar in de verte, waar lager de Nijl stroomde, was een dunne een streep violet licht te zien. Hij keek omhoog. Bovenin de boom naast zijn banda stonden de maraboes. Doodstil, als zwarte standbeelden. In de duisternis klonk het lichte zoemen van een generator. Hij schuifelde over het kampement. De witgeverfde stenen die de paden markeerden, staken als afgebroken kiezen uit de aarde, hier en daar verlicht door de walmende stormlantaarns die aan ijzeren haken voor de tenten en hutten hingen. Slaperig liep hij over het terrein. Het kamp was in rust. In

VREEMDE GEBEURTENIS

Mijn tante bezit een kleine vrijstaande woning aan de rand van de stad. Van buiten lijkt het een gewoon woonhuis, maar als je door de ramen van de woonkamer naar binnen kijkt, zie je een grote glazen bak staan. Of nee, eigenlijk moet ik zeggen, haar woonkamer is die bak. Haar woonkamer is een terrarium. Ken je die prachtige vazen van de Finse ontwerper Aalto? Nou, precies zo’n terrarium heeft mijn tante. Maar dan een maatje groter dan die vaasjes in de betere woonwinkels natuurlijk, en iets vierkanter ook. In haar terrarium houdt ze twee Komodo-varanen, Anton en Hildegard en boa Alfred van een ruim zes meter lang. Merkwaardig genoeg laten die beesten elkaar geheel met rust. Anton en Hildegard waggelen en huppelen soms wel achter elkaar aan alsof ze iets van plan zijn en als ze in de buurt van Alfred komen lijkt het of hun gespleten tongen wat sneller uit hun bekken naar buiten flitsen, maar dat is ook alles wat je als oppervlakkige waarnemer kunt opmerken. In het midde

OLIFANTEN ZIJN GEVOELIGE DIEREN

- Kunt u mij helpen? hoorde hij achter zich. Hij draaide zich om en keek in de ogen van een dikke vrouw die vastgeklemd zat in het toegangspoortje. Haar grote plastic boodschappentas stond al achter de doorgang, maar het lukte haar niet zichzelf erdoorheen te wringen. Hij onderdrukte een glimlach, zag haar korte beentjes als in een tekenfilm boven de grond ronddraaien. Het pakje voor zijn kleinkind legde hij op de grond. - Kunt u mij lostrekken? zei de vrouw die wild met haar armen zwaaide alsof ze hem naar zich toe wilde halen. Hij zette een stap in haar richting. - Trekt u maar flink hard. Hij pakte haar kwabbige handen en trok. - Harder, moedigde de vrouw hem aan, - harder. Hij trok stevig, maar was zelf niet groot en zijn vingers verloren houvast  op de zweterige huid van de vrouw. Hij greep haar polsen opnieuw vast en rukte. Ze schoot los. Ze tuimelde over haar boodschappentas het perron op. Bijna plette ze het aardigheidje voor zijn kleinzoon. Het elektronische slagboom