Het zou er kunnen zijn, men had hem gewaarschuwd, maar in zijn slaperigheid lette hij niet op wie of wat zich in de duisternis bewoog. Hij was wakker geworden omdat hij moest pissen, maar stelde dat zo lang mogelijk uit. Had een tijdje liggen kijken naar het muggennet, die merkwaardige gevangenis van gaas die moest beschermen tegen malaria. Uiteindelijk was hij er maar onder vandaan gekropen en naar buiten gelopen. Het was nog donker, maar in de verte, waar lager de Nijl stroomde, was een dunne een streep violet licht te zien. Hij keek omhoog. Bovenin de boom naast zijn banda stonden de maraboes. Doodstil, als zwarte standbeelden. In de duisternis klonk het lichte zoemen van een generator. Hij schuifelde over het kampement. De witgeverfde stenen die de paden markeerden, staken als afgebroken kiezen uit de aarde, hier en daar verlicht door de walmende stormlantaarns die aan ijzeren haken voor de tenten en hutten hingen. Slaperig liep hij over het terrein. Het kamp was in rust. In