Doorgaan naar hoofdcontent

STRAATRUMOER VANUIT BEIJING

Ha, eindelijk straatrumoer in de literatuur! Het rommelt al de hele week in het wereldje. Grunberg, altijd in voor een opstandje, die in werkelijkheid natuurlijk stinkend jaloers is dat hij niet mee mag naar Beijing, doet een duit in het zakje (De Volkskrant). Möring, hekelt (in NRC) vanaf de louteringsberg onze aloude koopmansgeest.
Een delegatie Nederlandse schrijvers bezoekt het land van het midden en heeft dat grondig voorbereid. Nasr en consorten, hier nooit te beroerd om zich met ernstige maatschappelijke thema’s te bemoeien en die in staat zijn om werkelijk iedereen en alles af te branden, hebben in het diepste geheim hun reis voorbereid. Want wat is het geval? In de officiele berichtgeving over hun verblijf onder de Chinezen wordt weliswaar uitvoerig aandacht geschonken aan hun temperende opmerkingen, er wordt geschamperd op Amnesty International, ze zijn toch vooral in dat immense land op nieuwe inspiratie op te doen. Ja, dat had u gedacht. Dat is allemaal leugen en bedrog. Want wat zal er gebeuren?
Op de slotavond zullen zij massaal een protest richten aan de Chinese overheid, zij zullen het slotbanket gebruiken om die overheid van machtsmisbruik en onderdrukking te betichten, zij zullen die overheid oproepen eindelijk haar schrijvers de vrijheid te geven, zoals wij die hier kennen.  En vervolgens zullen de Chinese stillen die overal in de zaal aanwezig zijn onze moedige Nederlandse schrijvers proberen het woord te ontnemen, maar dat zal niet lukken want het puikje van onze literatuur staat zijn mannetje en vrouwtje en Van Dis zal  de microfoon niet loslaten, hij kent het land immers, hij was er al zo vaak en hij zal nu eindelijk eens zeggen wat hij ervan vindt. En wat zo’n prachtig feestje had moeten worden, zal eindigen in chaos, tumult en wanorde, onze schrijvers zullen massaal en onder luid geschreeuw afgevoerd worden, in busjes die klaar staan op het feestterrein en ze zullen linea recta naar het vliegveld vervoerd worden en met een grote schop onder de kont het land uitgebonjourd worden. Alle reeds afgesloten contracten zullen door de hoogste instanties verscheurd worden.
En wat gebeurt er dan? Dan komt de hele schrijverswereld in opstand, dan komen de schrijvers in de 104 landen van Pen International in actie, en er zal schande gesproken worden en de Nederlanders zullen toegejuicht worden door hun landgenoten als het vliegtuig met de eerste literaire gewonden op onze nationale luchthaven Schiphol zal landen.
Want de schrijver wil gehoord worden en hij laat zich door niemand de mond snoeren.


Reacties

Populaire posts van deze blog

HEMELVAART

Vlak voor hemelvaart verhuisde mevrouw Van Randwijk naar een verpleeghuis. Na haar heupoperatie was ze in de war en mocht niet terug naar huis. Ze was zo licht als een veertje en haar huid was van perkament.  Hoe klein ze ook was, haar woede hield ze niet in. Hoe haalden ze het in hun hoofd? Was Cees, haar man, er nog maar. Ze kon nog heel goed voor zich zelf zorgen, ze kookte toch om de andere dag!?  Ze zat in een leunstoel. Tegenover haar zat een neef, die haar kamer had ingericht met enkele meubels uit de oude woning.  - Had mij ook maar naar de stort gebracht. Je haalt me hier weg. Ik blijf hier niet.  Het verpleeghuis lag in een buitenwijk langs een spoorlijn. Tweemaal per uur denderde de intercity voorbij. In het midden van het gebouw was de luchtplaats, zoals ze die noemde: een besloten ronde tuin, met een gaanderij eromheen, waar de bewoners konden wandelen.  Daar liep ook meneer Overveen. Hij wandelde de hele dag en loste in een schriftje wiskundige raadsels op. 

VAN HET EEN...

Door het lezen in Patrick Modiano: Trilogie van een beginnend schrijverschap, dat bestaat uit drie korte romans Verdaagd verdriet, Honger en puin en Hondelente, word ik teruggeslingerd in mijn eigen verleden.  Dat is het merkwaardige, of wellicht is het helemaal niet zo merkwaardig, dat door te lezen over herinneringen van anderen je eigen herinneringen opdoemen. Overweldigend zijn die herinneringen dan wel. Zo overweldigend dat ik ze nauwelijks kan bijbenen. De een struikelt over de ander heen mijn bewustzijn binnen. Een woord, een zinsnede, een passage en hopla ik zie een muur voor me, waarlangs ik ooit gewandeld heb. Of een schuur waar ik ooit, als twintiger, met een meisje heb staan vrijen. En bijvoorbeeld dat laatste doemt dan vlijmscherp uit de duisternis op. Beangstigend is het ook wel, vind ik. Want er zijn natuurlijk veel gebeurtenissen waaraan ik helemaal niet herinnerd wil worden. Maar op de een of andere manier sluimeren ze natuurlijk diep in mij, en worden ze op zo’n

OH LES BEAUX JOURS

Wat een goddelijke dag. Als ik op reis ben, ontstaat er altijd een vrijwel onbevredigbare drang om boeken te kopen, in ieder geval om in een boekhandel rond te kijken. Want boekhandels zijn waar ook ter wereld veilige plekken, waar je de geest kunt laten dwalen. Nu ik dit schrijf, besef ik dat dit niet per se waar is, boekhandels zijn ook onveilige plekken, maar daarover later misschien meer. Ik was dus in Carpentras. We hadden heerlijk gegeten Chez Serge, een aangenaam eethuis aan de rand van het oude centrum. En daarna zouden we nog even de stad inlopen en in ieder geval een boekhandel bezoeken. Ik herkende meteen de Librairie de L’Horloge, een mooie boekhandel met echte boekhandelaren, geen boekverkopers, waarvan ik me herinnerde dat een paar jaar geleden een van hen ook al op de bank een bestelling zat door te nemen met een uitgeversvertegenwoordiger. Zo zag je dat vroeger in Nederland ook nog wel eens.  Ik was op zoek naar een kleine roman van Jean Echenoz: 14, die ik vorig jaar i