Doorgaan naar hoofdcontent

THE ONE AND THE MANY

Een lichte verwarring overvalt me als ik door de voetgangerstunnel loop die de toegang is van de installatie die het Skandinavisch kunstenaarsduo Elmgreen & Dragset in de onderzeebootloods op het voormalige RDM terrein in Rotterdam hebben gemaakt. Even tevoren betrad ik al de voor mij fictieve wereld van de wereldhaven Rotterdam. En nu betreed ik een nog fictievere wereld die tegelijkertijd de echte wereld is, in ieder geval zou kunnen zijn.
Als ik de tunnel uitkom sta ik voor een jaren ‘60 flat in Berlijn, of in een buitenwijk van Rome. Ik hoef althans niet zo veel moeite te doen om me de sinistere rafelrand van een willekeurige grote stad bij avond voor te stellen, waar de bewoners zich in hun holen hebben teruggetrokken en uit ieder raam de muziek over de parkeerplaats schalt. Dat er op die parkeerplaats een sjofele jonge vrouw met kinderwagen rondloopt en af en toe met haar mobiel naar iemand in de flat belt omdat ze nog van hem geld krijgt is tegenwoordig ook tamelijk voorstelbaar. Zelfs de man van het reuzenrad achter de flat kunnen we zomaar op straat tegenkomen. Vertelt hij me werkelijk zijn verhaal van in depressie geraakte WAO’er of is het slechts spel? Als het spel is, is hij een goed vakman en als het werkelijk is wat hij vertelt, dan vrees ik ten zeerste voor zijn geestelijke gezondheid.
Het reuzenrad is niet hoog, niet hoger dan een meter of tien, schat ik. Ik ben als de dood voor dit soort kermisattracties. Toch stap ik in het ijzeren kooitje dat hij charmant voor me open houdt. Even denk ik: als ik zo boven ben, zet hij het rad stil en gaat eerst eens een half uur koffie drinken. Maar zover komt het gelukkig niet. Wel laat hij me een paar seconden in de waan. Maar dan zet het ding zich weer in beweging. Nog net kan ik naar binnen kijken in een van de flatwoningen. Maar er is niet veel meer te zien dan een Chagall aan de muur, de bewoner is vast even naar de WC.
Bij het verlaten van de immense hal waar dit alles staat opgesteld ontdek ik nog een 'wildkansel' met verrekijkers waarmee de bezoekers dit sombere stadslandschap kunnen begluren. Ook hier weer die vreemde verwarring, die nog sterker de voyeur in me boven haalt, die 's avonds laat stiekem vanuit zijn slaapkamer kijkt naar de overbuurvrouw die zich staat uit te kleden.

Reacties

Populaire posts van deze blog

HEMELVAART

Vlak voor hemelvaart verhuisde mevrouw Van Randwijk naar een verpleeghuis. Na haar heupoperatie was ze in de war en mocht niet terug naar huis. Ze was zo licht als een veertje en haar huid was van perkament.  Hoe klein ze ook was, haar woede hield ze niet in. Hoe haalden ze het in hun hoofd? Was Cees, haar man, er nog maar. Ze kon nog heel goed voor zich zelf zorgen, ze kookte toch om de andere dag!?  Ze zat in een leunstoel. Tegenover haar zat een neef, die haar kamer had ingericht met enkele meubels uit de oude woning.  - Had mij ook maar naar de stort gebracht. Je haalt me hier weg. Ik blijf hier niet.  Het verpleeghuis lag in een buitenwijk langs een spoorlijn. Tweemaal per uur denderde de intercity voorbij. In het midden van het gebouw was de luchtplaats, zoals ze die noemde: een besloten ronde tuin, met een gaanderij eromheen, waar de bewoners konden wandelen.  Daar liep ook meneer Overveen. Hij wandelde de hele dag en loste in een schriftje wiskundige raadsels op. 

VAN HET EEN...

Door het lezen in Patrick Modiano: Trilogie van een beginnend schrijverschap, dat bestaat uit drie korte romans Verdaagd verdriet, Honger en puin en Hondelente, word ik teruggeslingerd in mijn eigen verleden.  Dat is het merkwaardige, of wellicht is het helemaal niet zo merkwaardig, dat door te lezen over herinneringen van anderen je eigen herinneringen opdoemen. Overweldigend zijn die herinneringen dan wel. Zo overweldigend dat ik ze nauwelijks kan bijbenen. De een struikelt over de ander heen mijn bewustzijn binnen. Een woord, een zinsnede, een passage en hopla ik zie een muur voor me, waarlangs ik ooit gewandeld heb. Of een schuur waar ik ooit, als twintiger, met een meisje heb staan vrijen. En bijvoorbeeld dat laatste doemt dan vlijmscherp uit de duisternis op. Beangstigend is het ook wel, vind ik. Want er zijn natuurlijk veel gebeurtenissen waaraan ik helemaal niet herinnerd wil worden. Maar op de een of andere manier sluimeren ze natuurlijk diep in mij, en worden ze op zo’n

OH LES BEAUX JOURS

Wat een goddelijke dag. Als ik op reis ben, ontstaat er altijd een vrijwel onbevredigbare drang om boeken te kopen, in ieder geval om in een boekhandel rond te kijken. Want boekhandels zijn waar ook ter wereld veilige plekken, waar je de geest kunt laten dwalen. Nu ik dit schrijf, besef ik dat dit niet per se waar is, boekhandels zijn ook onveilige plekken, maar daarover later misschien meer. Ik was dus in Carpentras. We hadden heerlijk gegeten Chez Serge, een aangenaam eethuis aan de rand van het oude centrum. En daarna zouden we nog even de stad inlopen en in ieder geval een boekhandel bezoeken. Ik herkende meteen de Librairie de L’Horloge, een mooie boekhandel met echte boekhandelaren, geen boekverkopers, waarvan ik me herinnerde dat een paar jaar geleden een van hen ook al op de bank een bestelling zat door te nemen met een uitgeversvertegenwoordiger. Zo zag je dat vroeger in Nederland ook nog wel eens.  Ik was op zoek naar een kleine roman van Jean Echenoz: 14, die ik vorig jaar i